De FMS verenigt alle 32 Nederlandse wetenschappelijke verenigingen en vertegenwoordigt 23.000 medisch specialisten, waaronder ruim 3500 psychiaters. FMS-voorzitter Peter Paul van Benthem: ‘Op deze manier spreken we met één krachtige stem in politiek en samenleving.’
Hoe komt de Federatie op voor de belangen van psychiaters?
Van Benthem: ‘De Federatie heeft, samen met de LAD (Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband, red.), het kennis en dienstverleningscentrum opgericht waar individuele specialisten antwoord op allerlei vragen kunnen krijgen. Bijvoorbeeld over pensioen, goodwill, beroepsuitoefening, arbeidsvoorwaarden en vrije vestiging. Psychiaters zijn daarvan grootverbruikers, met name omdat de NVvP de grootste vereniging binnen de Federatie is. Verder ondersteunen wij de wetenschappelijke verenigingen vanuit ons kennisinstituut, waar veel kennis aanwezig is op onder meer het gebied van het ontwikkelen van richtlijnen, kwaliteitsindicatoren en het verrichten van wetenschappelijk onderzoek.’
Hoe wordt de stem van de psychiaters goed vertegenwoordigd en voor het voetlicht gebracht?
Van Benthem: ‘Het is goed om te weten dat de FMS en de NVvP elkaar twee kanten op versterken. De NVvP versterkt onze invloed en wij helpen de NVvP. Psychiaters opereren in de ggz en dat is voor alle andere verenigingen wat onbekend terrein. De FMS heeft daarom twee medewerkers vrijgemaakt voor de ggz en NVvP-dossiers. Zij fungeren op die manier ook als verbindingsschakel tussen NVvP en FMS. Daarnaast hebben we samen met de LAD en de NVvP het Platform ggz opgericht, waar ggz-professionals worden geholpen zich beter te positioneren binnen de ggz-instelling. Bijvoorbeeld door een medische staf te formeren.
NVvP-voorzitter Niels Mulder ziet het platform als een goed voorbeeld van de samenwerking met FMS. Eén met resultaat, namelijk een gemeenschappelijk product.
Mulder: ‘Er is een nuttige handleiding uit voortgekomen, die psychiaters helpt om een geformeerde medische staf effectief te maken binnen een organisatie. Opdat zij beter kunnen meebeslissen en samen met hun Raad van Bestuur belangrijke afspraken kunnen maken over onder meer de inhoud en kwaliteit van de zorg.’