MARJAN TER AVEST NAM EIND VORIG JAAR AFSCHEID ALS DIRECTEUR VAN MIND

‘Ervaringsdeskundigheid is stevig op de kaart gezet’

  • 6 min.
  • Ervaringsdeskundigheid

Marjan ter Avest blikt terug op vijftien jaar cliëntenbeweging en werpt een blik in de toekomst; ze heeft nog genoeg wensen en ideeën voor de psychiatrie en ervaringsdeskundigheid. ‘Het is tijd om het stokje over te dragen. Ik ben er in elk geval trots op hoe we ervaringsdeskundigheid stevig op de kaart hebben gezet.’

Foto (kleur) Marjan ter Avest
Beeld: Patrick Siemons

Een van haar laatste taken als directeur van MIND was het bijwonen van het Kamerdebat over de vrijeartsenkeuze. Die is in het geding, en MIND is er bezorgd over. ‘Zeker in de geestelijke gezondheidszorg is het belangrijk dat de cliënt een klik heeft met zijn behandelaar. Als er straks niets te kiezen valt wat dat betreft, kan dat grote nadelige gevolgen hebben. Ik heb daar in de Tweede Kamer een vurig pleidooi voor gehouden.’ Ter Avest zette zich tot de laatste minuut fanatiek in, en deed dat vijftien jaar lang. Mét succes: mede dankzij MIND is het nu normaal dat naasten van een cliënt worden betrokken bij de behandeling en dat er triadisch wordt gewerkt, vertelt ze. ‘Dat was eerst een onontgonnen gebied. Nu zijn er familieraden, familievertrouwenspersonen, worden familieleden steeds beter betrokken bij een behandeling en is er zicht op kinderen.’ De scheidend directeur noemt het een cultuuromslag. MIND introduceerde het familiesterrensysteem, waarbij het familiebeleid van een instelling wordt geprezen.

Trots

Nog iets waar MIND hard tegen heeft gestreden, is het separeerbeleid. ‘Opsluiten is geen zorg’ is de kreet die MIND lanceerde. ‘Wij wilden voorkomen dat mensen gesepareerd werden en dat in plaats daarvan ingezet werd op de-escaleren. Dat wordt nu breed gedragen in de ggz, maar wij zijn begonnen met het agenderen van dat onderwerp. We brachten het stevig in de media en dat is door veel psychiaters en andere hulpverleners goed opgepakt. Het was een soort bewustwording.’ Ter Avest, zelf te maken gehad met postnatale depressie, is ook trots op de grote demonstratie die in 2010 door MIND – samen met de NVvP en NL GGz – in no time uit de grond werd gestampt tegen de plannen om cliënten in de ggz een eigen bijdrage te laten betalen. ‘Ggz is geen luxe! Met 10.000 mensen op het Malieveld: woedend waren we. En de psychiaters ook!’ O ja, ze is ook trots op de oprichting van Samen Sterk zonder Stigma, nog een mooi voorbeeld van de samenwerking met de NVvP. En op koningin Máxima als voorzitter van MIND Us, de stichting die zich richt op het voorkomen van psychische klachten bij jongeren. ‘Ik raakte tijdens een symposium waar koningin Máxima aanwezig was in gesprek met haar adviseur. Zo is het gaan rollen en werd de koningin uiteindelijk voorzitter van MIND Us. Als je als maatschappij wilt investeren in het welzijn van jongeren, en de openheid en reële beeldvorming rond mentale problemen wilt bevorderen, wat kun je dan beter hebben dan een koningin die zich daarvoor inzet? Zij vindt het heel belangrijk dat jongeren mentaal veerkrachtig zijn.’
Haar laatste grote struggle als directeur van MIND was die tegen de sturing op zorgcontractering zoals opgenomen in het integraal zorgakkoord (IZA), dat MIND níet heeft ondertekend. ‘Cliënten zijn straks te afhankelijk van waar de zorgverzekeraar zorg inkoopt. Er is geen enkel inzicht in de contracten van verzekeraars. Wij zijn bang dat de cliënt straks dan helemaal geen keuze meer heeft wat betreft de juiste zorg om wachtlijsten te omzeilen. De rekening komt straks bij de cliënt te liggen als deze naar een vrijgevestigde psychiater gaat, en tegelijkertijd dreigen de vrijgevestigde praktijken om te vallen omdat hun zorg niet wordt vergoed. Cliënten zijn dan noodgedwongen aangewezen op de grote instellingen.’

Niet separeren maar de-escaleren, hebben wíj op de agenda gezet

Zelfregiecentra

Ter Avest heeft in de loop der jaren geleerd dat boos zijn alleen niet helpt, maar dat het belangrijk is alternatieven te presenteren. Deze benadering heeft ervoor gezorgd dat ervaringsdeskundigheid handen en voeten heeft gekregen en overal op de kaart staat. ‘Er zijn veel ggzinstellingen die ervaringsdeskundigen in dienst hebben. Dat is echt een omslag. Bejegening en aandacht voor herstelmogelijkheden zijn aspecten die zij extra onder de aandacht brengen. Inmiddels wordt ervaringsdeskundigheid ook buiten de ggz ingezet. Er zijn zelfregiecentra waar cliënten naartoe kunnen, naast hun behandeling of als ze daarmee klaar zijn. Daar leren ze dat ze meer zijn dan hun aandoening. Ze kunnen er trainingen volgen, praten met lotgenoten en leren weer de regie op het eigen leven te hervinden. Deze diensten zijn laagdrempelig en gratis. Wij zijn begonnen met een paar van zulke centra; inmiddels zijn er 95. Ze zijn een belangrijke aanvulling op de ambulantisering van de ggz, en vormen een zacht en sociaal vangnet. Ervaringsdeskundigen snappen als geen ander wat de impact is van bijvoorbeeld een eetstoornis en hoe lastig het herstelproces kan zijn. Zij voorkomen veel terugval.’

Immense uitdagingen

Voor de toekomst hoopt Ter Avest dat angst en somberheid bespreekbaarder zijn en dat het normaal gevonden wordt dat het soms wat minder goed gaat. MIND brengt dat onder de aandacht met onder meer de MIND Blue Monday Run en de actie Last Man Standing, ludieke evenementen die op een luchtige manier aandacht vragen voor psychische gezondheid. ‘We willen laten zien dat je er niet alleen voor staat en dat het belangrijk is oog voor elkaar te hebben.’ Ter Avest hoopt óók dat de psychiaters en behandelaren, die met hun voeten in de klei staan, zelf aan tafel kunnen zitten bij gesprekken over onder meer het integraal zorgakkoord, in plaats van door de Federatie Medisch Specialisten vertegenwoordigd te worden. ‘De ggz staat voor immense uitdagingen. Psychiaters moeten in gesprek over de actuele vraagstukken die er liggen, zoals hoe we uitstroom van behandelaren in de ggz voorkomen, hoe professionals rond een zorgvraag beter kunnen samenwerken, hoe je zorgnetwerken in de regio opbouwt en over de aanpak van de wachtlijsten. En ook over wat ik net vertelde over zorgcontracten en de gevolgen voor de vrijgevestigden. Ik hoop ook dat de samenleving meer inzicht krijgt in wat de ggz doet en begrijpt dat deze zorg een cruciale plek heeft in onze samenleving. En dat de psychiater de erkenning en professionele autonomie krijgt die past bij een medisch specialist, en – weer – plezier ervaart in het werk.’

Beetje schuldig

Kortom, er liggen nog genoeg uitdagingen op tafel. ‘Ja, en toch ga ik weg… Ik voel me er wel een beetje schuldig over, maar mijn bestuurlijke energie is door de enorme dynamiek van de sector een beetje opgeraakt. Ik gun MIND een nieuwe directeur die er weer met frisse energie tegenaan kan. Mijn functie wordt tijdelijk overgenomen door Dianne Burger, iemand die MIND goed kent en een bestuurlijke achtergrond heeft in de ggz. Deze tijdelijke oplossing geeft de Raad van Toezicht tijd om een opvolger te zoeken.’

Dienke Bos volgt met ingang van 1 juni Marjan ter Avest op als directeur van MIND. Bos is van origine neurowetenschapper en was de afgelopen jaren uitvoerend directeur van het grootschalige onderzoeksprogramma YOUth aan de Universiteit van Utrecht en het UMC Utrecht.