'WGBO en BOPZ niet goed op elkaar afgestemd'

  • 3 min.
  • Beroepsuitoefening
  • Juridisch

Toepassing van de WGBO in de psychiatrie kan wel eens moeilijker zijn dan de wetgever gedacht heeft. De wet is immers vooral toegesneden op de somatische geneeskunde. De bepalingen over wilsonbekwaamheid houden niet overal rekening met de acute problematiek die zich in de psychiatrie kan voordoen. Bovendien kunnen problemen ontstaan door de onduidelijke afstemming tussen de WGBO en de wet op de Bijzondere Opnamen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ), die in januari van dit jaar in werking is getreden. Dit stelde psychiaterjurist mr. R.H. Zuijderhoudt in een lezing tijdens het Voorjaarscongres van de NVvP. Hoewel hij een aantal mogelijke knelpunten signaleert, is hij net als Legemaate uiteindelijk optimistisch over de gevolgen van de WGBO voor iedereen die handelt als een 'goed hulpverlener'.

'De denkwereld van juristen en psychiaters is totaal verschillend. Voor een jurist zijn psychiatrische diagnoses abstracties waar hij geen vat op heeft. Artikel 11 van de Grondwet, waarin de onaantastbaarheid van het lichaam beschreven staat, is daarentegen voor juristen veel reëler. En dat artikel biedt weer weinig houvast aan een psychiater die moet omgaan met een zeer onrustige patiënt op de afdeling,' aldus Zuijderhoudts lezing. Aan de hand van enkele gefingeerde casussen maakte hij duidelijk waar knelpunten kunnen ontstaan in de toepassing van de WGBO in de psychiatrie.&ellipsis;

Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen

Account aanmaken

Heeft u al een account?