Een semiotische interpretatie van schizofrenie

'Luisteren naar waandenkbeelden van patiënten biedt aanknopingspunten voor hulp'

  • 5 min.
  • Beroepsuitoefening
  • Randgebied

Het verband tussen letterkunde en psychiatrie is groter dan op het eerste gezicht lijkt, aldus emeritus hoogleraar Nederlandse literatuur en letterkunde Aart van Zoest. Volgens hem is schizofrenie een semiotische stoornis. 'Wanen en hallucinaties zijn geen waarnemingsstoornissen, maar  interpretatiestoornissen. Een dergelijke manier van duiden brengt een groter begrip voor de schizofrene patiënt met zich mee.'

Een letterkundige die zich vanuit zijn professie bezighoudt met schizofrenie is onalledaags. Als deze dan ook nog eens suggesties doet voor patiëntenonderzoek mag dat verrassend en op zijn minst opmerkelijk genoemd worden. Dat hallucinaties eerder een interpretatiestoornis zijn dan een waarnemingsstoornis is niet van hem zelf afkomstig, maar is Van Zoest wel uit het hart gegrepen.
'Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat schizofreniepatiënten een andere 'data base' hebben dan niet-patiënten. Het probleem zit hem niet in hun kennis, maar in het interferentiemechanisme dat met die kennis bij interpretatieve activiteit aan de slag gaat. Schizofreniepatiënten nemen niet anders waar, ze zien het zelfde als niet-patiënten, maar interpreteren het anders.' &ellipsis;

Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen

Account aanmaken

Heeft u al een account?