Een ritje met de tram

  • 2 min.
  • Column

Ik nam de tram bij het centraal station. Een halte verder stapte een vreemd uitgedoste man in. Hij droeg een verrassende combinatie van een paars shirt en een knalgele broek. Ook had hij verschillende tassen bij zich. Het beeld werd gecompleteerd met een groot kruis om zijn nek. De medereizigers weken wat voor hem uit. Naast mij was een plaatsje vrij.
‘Niet naast mij, niet naast mij’, bad ik stil.
Hij ging naast me zitten.
Prompt draaide hij zich naar me om. Vriendelijk vroeg hij me of ik even op zijn tassen wilde letten terwijl hij een kaartje kocht. Natuurlijk wilde ik dat. Daarmee was het ijs gebroken. Nadat hij weer was gaan zitten, vroeg hij me wat ik deed. Of ik advocaat was? Nee, antwoordde ik. Bankman dan? Ook niet. Blijkbaar zien de genoemde beroepen er netjes uit. Ik dacht, ik ga niet zeggen dat ik psychiater ben. Laf koos ik voor arts, een meer neutraal beroep.&ellipsis;

Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen

Account aanmaken

Heeft u al een account?