Het zijn altijd ‘anderen’ die moeten zorgen

  • 3 min.
  • Open Podium
  • Opinie

JIM, Jouw Ingebrachte Mentor, haalde de kop in De Psychiater nummer 4 van juni dit jaar. Veel meer was er niet over te vinden, te midden van de galerij ‘vernieuwende en inspirerende samenwerkingsverbanden’ die synergie moeten opleveren tussen de eerste lijn en specialisten, de patiënten en hun omgeving. De aandacht voor JIM was summier.

Eerlijk gezegd: ik had mijn twijfels toen ik voor het eerst hoorde over deze aanpak van dilemma’s met vastgelopen jongeren die uithuisplaatsing en schorsing van school boven het hoofd hangen. Een informele mentor – tante, buurman of sportcoach – zou in zulke complexe situaties de doorbraak kunnen zijn. Where’s the evidence?

Ik had het geluk om tijdens een netwerkbijeenkomst naast de initiatiefnemer aan tafel te belanden. Niet op de hei dit keer, maar op zee. Stevige zeemanskost uit de kombuis, naast Levi van Dam aan een te krappe tafel met bevlogen professionals uit de brede jeugdhulp. Ik legde hem tijdens onze tafelconversatie het vuur aan de schenen: waar was het bewijs voor het succes van JIM? Wist hij wel dat onze patiënten helemaal geen netwerk hebben? Dat gezinnen met twee autistische kinderen gezien worden als ‘overlast’ en door de buurt gemeden worden in plaats van geholpen? Dat het netwerk van een kind met enorme woedeaanvallen dat ik in zorg heb bestaat uit zijn vader met een licht verstandelijke beperking, zijn overbelaste moeder met autisme en depressie, een juf die niks meer voor hem kan betekenen en nog enkele grootouders die ook niet de sterkste steunpilaren zijn?

Maar Levi verbaast me met zijn repliek. Op al mijn scepsis heeft hij adequate antwoorden. Met wetenschappelijke onderbouwing en verwijzingen en al. En eigenlijk ken ik die literatuur wel – het gaat over netwerken en hij leunt feitelijk op dezelfde kennis als ik in mijn netwerkorganisatie. Hij heeft die wetmatigheden en netwerkpatronen slim toegepast. Vraag je netwerk om een baan en natuurlijk weten ze niets – anders hadden ze dat allang gezegd. Je moet vooral bij het netwerk-van-je-netwerk aankloppen, de tweede ring. Die geïrriteerde buren die de buurkinderen als overlast ervaren zullen de moeder niet ontlasten, maar misschien kennen de buren wél iemand die regelmatig met de ‘lastige’ kinderen op stap wil: ouders ontlast en de buren rust.
Levi bracht mijn professionele kennis en mijn netwerkkennis met elkaar in verbinding, zoals hij dat bij de ontwikkeling van JIM ook had gedaan. Daarmee krijgt die kennis opeens betekenis: laten we eens verder denken dan dat containerbegrip ‘eigen kracht’, de ideologische zeepbel die wel erg gemakkelijk wordt ingezet als alibi van bezuiniging.

Dat hebben we gedaan, samen met het Kenniscentrum Licht Verstandelijke Beperking. In een theaterlezing stonden het netwerk- denken en JIM centraal. Een forse discussie legde wat mij betreft de kern bloot: wij moeten met ons professionele netwerk toegang zien te vinden tot de informele netwerken van de hulpvragers en op dit moment lukt dat nauwelijks. Het illustreert hoe we de afgelopen dertig jaar onze theorievorming vanuit de andragologie en socio- logie hebben verwaarloosd. Die kennis is afgekalfd en we hebben in Nederland nauwelijks nog verstand van sociale strategieën. Daarmee lopen we het risico om te polariseren en te blijven steken in kampen – heel herkenbaar in de clash tussen de visie van hoog- leraar Evelien Tonkens (recht op empowerment) en de participatiecampagne van het regeringskamp (bezuinigen door eigen kracht).

Ik zou liever de brug slaan en stoppen met dat denken in kampen: de professionals tegenover de ‘burgers’, of de overheid tegenover de hulpvragers. Laten we allemaal deelnemen en het woord ‘samen- leving’ weer betekenis geven. Dat gaat niet als het altijd ‘anderen’ zijn die voor de buurkinderen of hun ouders of voor pleegkinderen moeten zorgen. Die ‘anderen’, dat zijn wij ook.
Ik vroeg onlangs aan een wethouder in het sociaal domein of hij vrijwilligerswerk deed. De man heeft me nooit meer aangekeken.


Portretfoto (kleur) Ariëlle de Ruijter

Ariëlle de Ruijter 
Is: 
directeur bij het Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie in Utrecht, voorzitter van de Vereniging voor Kinder- en Jeugdpsychotherapie (VKJP) en bestuurslid van de Federatie van psychologen, psychotherapeuten en pedagogen (P3NL). Werkt daarnaast een dag in de week als vrijgevestigd kinder- en jeugdpsychotherapeut. 
Denkt dat je het ver schopt met: integere netwerkoplossingen en een degelijke, wetenschappelijke onderbouwing. Zoals JIM, Jouw Ingebrachte Mentor.
Contact: a.deruijter@kenniscentrum-kjp.nlwww.dekennis.nl, YouTube: JIM-aanpak theaterlezing.


Wilt u uw visie, oproep of initiatief onder de aandacht brengen van uw collega’s in het hele land? Mail dan uw bijdrage voor deze rubriek naar redactie@depsychiater.nl.