X
wonende te V,
klager,
tegen:
Y
psychiater,
wonende te L,
de persoon over wie geklaagd wordt,
hierna te noemen: 'de arts'.
1. Het verloop van het geding.
Namens klager heeft Mr G, advocaat te Z, een klaagschrift op 29 april 1993 ingediend. Namens de arts heeft Mr C, advocaat te IJ, een verweerschrift met bijlagen op 8 juli 1993 ingediend. Mr G voornoemd heeft op 20 september 1993 een repliek met bijlagen ingediend. Mr C voornoemd heeft op 8 november 1993 een dupliek met bijlagen ingediend. Klager en de arts zijn ter zitting verschenen. Klager werd bijgestaan door Mr G en de arts door Mr C.
Ter zitting is als deskundige gehoord P, zenuwarts, wonende te E. Als getuige is gehoord, A, maatschappelijk werker, wonende te H.