TECHNOLOGIE IN DE PSYCHIATRIE

'Het begint ook bij u'

  • 6 min.
  • Opleiding
  • Voor & door aios

Ontwikkelingen in de technologie verlopen razendsnel. Ontwikkelaars zien steeds meer potentie voor de gezondheidszorg, ook om een gezondere levensstijl te kunnen faciliteren. Maar ontvankelijk lijkt de zorgverlener er nog niet geheel voor te zijn. Integendeel, er is nog een grote kloof tussen deze twee partijen, waarbij artsen mondjesmaat in aanraking komen met bijvoorbeeld eHealth. Die kloof overbruggen, dat is waar het platform Toekomst en Innovatie van De Jonge Specialist zich voor inzet.

We moeten vaststellen dat het merendeel van de artsen nog maar nauwelijks aandacht heeft voor technologische ontwikkeling. De juiste toepassing van nieuwe technologie wordt hierdoor belemmerd. Neem de implementatie van het elektronisch patiënten- dossier (EPD): door gebrek aan kennis en samenwerking hebben Nederlandse zorginstellingen miljarden euro’s besteed aan tal van (niet onderling communicerende) systemen waarin patiëntinformatie opgeslagen ligt. Pogingen van de overheid om een landelijk systeem te introduceren zijn gestrand, waarbij zorgen om de waarborging van privacy als argument wordt gebruikt. Ik zou ervoor willen pleiten dat ook wij als artsen ons verdiepen in de mogelijkheden van technologie en over de muur kijken van onze eigen instelling. Als wij als beroepsgroep ons ervan bewust zouden zijn dat Estland gebruik maakt van een landelijk en veilig dossier dat de patiënt met zich meedraagt, en dat er systemen op de markt zijn om EPD’s te koppelen, zouden wij dan onze stem niet verheffen? Als wij als artsen ons er niet verder in verdiepen en bekwamen, dan zie ik technologische toepassingen als een tsunami over ons heen komen, waarbij inspraak geen voorrecht meer zal zijn. Net als in de huidige EPD-wildgroei, waarbij beleidsbepalers niet meer open lijken te staan voor een landelijk systeem gezien hun lokale investeringen. De opmerkzame arts is intussen onnodig veel tijd kwijt met het opvragen van informatie. De onderzoeker heeft te maken met gebrekkige data en de patiënt met een onvolledig dossier, met alle gezondheidsrisico’s van dien.

Pilaren

Op de werkvloer hoor ik sceptische uitspraken als ‘eHealth is een hype’, of ‘het wordt ons opgedragen maar werkt het wel?’ Als eHealth beperkt zou zijn tot de online therapie die tot op heden bestaat, dan hebben deze vragen bestaansrecht. Maar eHealth biedt zoveel meer. Een Amerikaanse vriend van mij werd onlangs onverhoopt tijdens zijn vakantie opgenomen in een ziekenhuis op Curaçao. Hij gaf zijn telefoon aan de arts, die via een applicatie inzicht kreeg in zijn medische data (Mayo Clinic). Hier hoeft geen jarenlange kwaliteitstoets aan te pas te komen om de bijdrage aan patiëntvriendelijke zorg aan te tonen. Daarnaast zie ik aios met innovatieve ideeën, die echter niet weten waar ze naartoe moeten om deze uit te werken. Hun motivatie dooft daarmee uit, verdere scepsis wordt gevoed en stilstaan is het gevolg.
Technologie zie ik als een van de pilaren in de zorg – net als onderzoek, onderwijs, gespreksvaardigheden en farmacologie. In elke pilaar dienen we te investeren om synergie te creëren. Ik realiseer mij dat technologie niet de heilige graal is, maar ik hoop dat deze de psychiatrie – die op dit vlak al dertig jaar zo goed als stilstaat, zoals Damiaan Denys in zijn oratie in 2008 al betoogde – wel verder kan brengen.

Innovatiecoördinator

In de opleiding tot medisch specialist is de aandacht voor nieuwe technologische toepassingen zeer beperkt. Programmeurs, economen en managers die hun toekomst zien in de zorg worden in andere leslokalen klaargestoomd, waarbij de talen steeds meer uiteenlopen en waardoor er later in het werkveld langs elkaar heen gesproken wordt. Ik pleit dan ook voor onderwijsmodules waar artsen in spe in contact komen met andere spelers in het zorglandschap. Dit zal bijdragen aan het bewustzijn van de mogelijkheden van de (technologische) ontwikkelingen in de zorg, resulterend in meer medisch specialisten met innovatieve ideeën. Vervolgens helpt het als instellingen een ‘innovatiecoördinator’ aanstellen, die faciliteert in het doorontwikkelen van de ideeën en de implementatie ervan. Budget en tijd dienen ook vrijgemaakt te worden voor de medisch specialist die dat wil, zodat in hubs samengewerkt kan worden met technologische universiteiten en ontwikkelaars. Sinds enkele jaren zijn de eerste ‘technisch geneeskundigen’ op de arbeidsmarkt gekomen, die hun kennis nu inbrengen in vakgebieden als chirurgie en cardiologie. Ik hoop ze binnenkort ook te zien rondlopen op de afdeling psychiatrie.

Veelbelovende initiatieven

Op dit moment wordt een aantal veelbelovende initiatieven ontplooid. Zo spreekt de Federatie Medisch Specialisten zich in haar nieuwe visiedocument uit om technologische innovatie als een van de belangrijkste doelen te stellen. De Werkgroep Zorg 2025, bestaande uit zorgverleners in opleiding, geeft aandacht aan de implementatie van eHealth in haar komend visiedocument, dat op 18 januari 2017 tijdens het evenement ‘Bridge the (g)@pp’ wordt gelanceerd. Our Future Health, een initiatief van Radboudumc, is een jaarlijks congres waar spelers uit de gezondheidzorg een podium krijgen om innovatie succesvol te implementeren. Mobile Doctors van de VvAA heeft dezelfde insteek en zet in op verbinding en co-creatie. Singularity University, een succesformule vanuit de Verenigde Staten, heeft onlangs haar deuren geopend in Eindhoven om vaardigheden en ondersteuning te bieden in het begrijpen van de nieuwste technologieën, met name voor de gezondheidszorg. Vanuit De Jonge Specialist hebben we het platform Toekomst en Innovatie opgezet waarin aios vanuit alle disciplines bij elkaar komen om vernieuwingen in de zorg teweeg te brengen. Het blog djsehealth.nl voorziet in de informatie- behoefte met artikelen over dit onderwerp. Het zou prachtig zijn als er meer aios naar dergelijke evenementen gaan en zich goed inlezen, zodat ze meer inzicht krijgen in de mogelijkheden en inspiratie kunnen opdoen om zelf initiatieven te ontplooien. Mijn advies: begin klein en werk samen.


Concrete voorbeelden van innovatie

Op de korte termijn kunnen we denken aan de volgende mogelijkheden.

  1. Het verbinden van datasystemen waarin patiëntinformatie opgeslagen ligt, zodat deze volledig is en gebruikt kan worden voor onderzoek. Diverse ondernemingen bieden deze mogelijkheid aan. 
  2. Het ontwikkelen van meetapparatuur waardoor spiegels van medicijnen zonder naald, thuis en op ieder gewenst moment gemeten kunnen worden, waardoor de behandeling geoptimaliseerd kan worden. Zo bestaan er non-invasieve pleisters om het glucose continu te meten.
  3. Het ontwikkelen van een deliermeter, waarmee een delier kan worden vastgesteld of ontkracht door het meten van hersengolven. Het UMCU publiceerde hier onlangs een veel- belovend onderzoek over. Nu wordt (stil) delier nog regelmatig gemist of te laat opgemerkt – en daarmee dus niet of te laat behandeld. De deliermeter kan ook ingezet worden om bij een eerste crisisbeoordeling thuis aan te tonen of een patiënt delirant is of psychotisch, zodat hij meteen naar de juiste behandellocatie kan worden verwezen. 
  4. Het ontwikkelen van virtual reality (VR) modules, waar patiënten kunnen oefenen met prikkels. VR is al beschikbaar via de telefoon voor het grote publiek. 
  5. Het ontwikkelen van programma’s voor de smartphone, die de patiënt kan gebruiken om onder andere achtergrondinformatie te lezen, diagnostische testen uit te voeren, het eigen dossier in te zien en een behandeling te volgen. 

Portretfoto (kleur) Alexej Kuiper

Alexej Kuiper heeft een business administration opleiding afgerond aan de Erasmus Universiteit en is in opleiding tot psychiater bij het LUMC en Arkin. Als bestuurslid van De Jonge Specialist is hij voorzitter van platform Toekomst en Innovatie en afgevaardigde in Werkgroep Zorg 2025 en Medisch Specialist 2025.