Het komende congres biedt een rijk en gevarieerd programma, met aandacht voor uiteenlopende takken van wetenschappelijk onderzoek. ‘We willen dat álle psychiaters op dit congres ervaren, dat de wetenschap voor hun beroepspraktijk van nut kan zijn’, zegt Mariken de Koning. ‘Met welke patiëntengroep ze ook werken; wat hun inhoudelijke oriëntatie ook is.’ Dat daar behoefte aan is, bleek overduidelijk uit de inhoudelijke feedback op het vorige congres: die ging alle kanten op. De een wilde meer aandacht voor neurobiologisch onderzoek, de ander pleitte juist voor meer focus op transdiagnostische symptomen of de sociale context. De Koning: ‘Er zijn grote verschillen in wat psychiaters belangrijk vinden. Gelukkig maar: de breedte van ons vak is iets waarop we trots mogen zijn.’
Wetenschappelijke kennis uit andere vakgebieden dan de psychiatrie is onontbeerlijk
Waarom kozen jullie voor het motto Psychiatrie in Perspectief?
‘Omdat je vanuit heel verschillende perspectieven naar mentale gezondheid en psychische aandoeningen kunt kijken. Dat begint al in de spreekkamer: psychiaters, patiënten en naasten hebben regelmatig andere opvattingen over wat er aan de hand is en wat er moet gebeuren. Andere hulpverleners, binnen en buiten de ggz, brengen hun eigen invalshoeken in. En dan is er nog het perspectief van de publieke geestelijke gezondheid. Die wordt grotendeels bepaald door factoren waarop wij in de spreekkamer geen invloed hebben: ongelijkheid, armoede, discriminatie, toegankelijkheid van zorg. En vergeet de impact van de klimaatverandering en de opkomst van kunstmatige intelligentie niet. Om ons te kunnen verhouden tot al die perspectieven en ontwikkelingen hebben we ook wetenschappelijke kennis uit andere vakgebieden dan de psychiatrie nodig.’
Hoe zien we dat terug op het congres?
‘Een van de keynote speakers is David Hill, een Britse wetenschapper die onderzoek doet naar de complexe relaties tussen sociaal-economische status, cognitieve capaciteiten en mentale gezondheid. Lisa Page onderzoekt de impact van klimaatverandering op de mentale gezondheid. Ik ben heel blij met haar komst: omdat het een nieuw onderwerp is. Klimaatangst komt bijvoorbeeld onder jongeren veel voor. Verder neemt psychiater Edwin van Dellen ons mee in de wereld van de kunstmatige intelligentie. Hoe kan die het wetenschappelijk onderzoek binnen de psychiatrie beïnvloeden?
Maar ik verheug me ook op de Italiaanse hoogleraar Andrea Cipriani, die baanbrekend onderzoek doet naar precisiepsychiatrie. En op twee grote Nederlandse namen: klinisch psycholoog Iva Bicanic spreekt over seksueel misbruik en mentale gezondheid. Hoogleraar pedagogiek Loes Keijsers deelt haar kennis over de mentale gezondheid van jongeren.’